Bereidingstijd

• 40 minuten

Benodigdheden voor 4 personen

• 4 wijtingen van ongeveer 200 g
• zout
• citroensap
• worcestersaus
• 1 kleine grofgesneden ui
• 2 in plakjes gesneden worteltjes
• 10-15 peterseliestelen
• ½ klein laurierblad
• 1 mespuntje gedroogde tijm
• 3 eetlepels bloem
• 5 eetlepels melk
• 2 kleine eieren
• 3 eetiepels aardappefmeel of maïzena
• 10 eetlepels kleingeknipte peterselie
• 2 eetlepels boter
• gezeefd paneermeel
• olie of frituurvet
• dunne plakjes citroen

Tip van de kok

• Vervang de wijtingen door wijtingfilets. Bestuif de filets met bloem. Haal ze door 2 losgeklopte eieren en daarna door het paneermeel. Laat in dit geval het beslag achterwege.
• Neem in plaats van wijting, schelvis, forel of makreel.

Bereidingswijze

1. Ontdoe de wijtingen van de kop en de vinnen.
2. Was deze met lauwwarm water.
3. Zet ze onder water even apart.
4. Snijd de vis langs de buikzijde gedeeltelijk open.
5. Verwijder de ingewanden.
6. Wrijf het zwarte vliesje op het visvlees in de buikholte met wat zout weg.
7. Was de vissen zeer goed.
8. Dep ze droog.
9. Besprenkel ze met 4 eetlepels citroensap in 2 eetlepels worcestersaus.
10. Leg de vissen dicht tegen elkaar afgedekt even apart.
11. Breng de koppen en de vinnen aan de kook met 0,5 l warm water, de ui, de worteltjes, de peterselie, het laurierblad de tijm en een flinke mespunt zout.
12. Sluit dan de pan en laat de bouillon op de getemperde warmtebron trekken.
13. Meng de bloem met 3 eetlepels melk en roer er een dik glad mengsel van.
14. Klop daardoor de eieren, de rest van de melk, een flinke mespunt zout en zoveel koud water dat een dikvloeibaar beslag ontstaat.
15. Zet dat afgedekt even apart.
16. Zeef de visbouillon in de steelpan.
17. Roer met koud water een papje van het aardappelmeel.
18. Giet dit onder voortdurend roeren bij de visbouillon.
19. Maak die goed van smaak met 8 eetlepels peterselie, de boter, wat citroensap en worcestersaus.
20. Laat de saus niet meer koken.
21. Verwarm het frituurvet tot 165°C.
22. Dep de wijtingen droog.
23. Klop het frituurbeslagje nog even op.
24. Voeg indien nodig druppelsgewijs wat water toe.
25. Haal de vissen na elkaar door het beslag.
26. Zorg dat de vis overal bedekt is.
27. Wentel de wijtingen door paneermeel en schud overtollig paneermeel op het folie.
28. Bak de wijtingen na elkaar in de frituurpan langzaam gaar en mooi van kleur.
29. Leg een gebakken wijting op het vetabsorberend papier.
30. Snijd intussen de plakjes citroen tot het midden in.
31. Leg de plakjes in een krul.
32. Giet de saus in een met kokend water omgespoelde sauskom.
33. Serveer de wijtingen op een schotel zonder deksel.
34. Garneer met de rest van de peterselie en de citroenkrullen.
35. Dien de peterseliesaus apart op.