Rob's web

Hoestende hond

Home - Kynologie - De duitse herdershond - Hoestende hond


Aanhoudend kuchje gevaarlijker dan krachtige hoest

Beter een krachtige hoest dan een aanhoudend kuchje. Dat geldt over het algemeen voor honden die last hebben van de Iuchtwegen. Doorgaans duidt een stevige hoest die de hele familie uit de slaap houdt, op een tamelijk onschuldige onsteking. TerwijI een aanhoudend kuchje veelal wijst in de richting van hart- en/of longproblemen. In beide gevallen moet de dierenarts snel behandelen, want Iuchtwegen zijn bijzonder kwetsbaar.

Een hond kan om heel veel redenen hoesten. Een ervan is een onsteking aan de voorste luchtwegen (keel, luchtpijp, bronchien), meestal veroorzaakt door een virus. Ook kan het gebeuren dat de hond een vreemd voorwerp in de keel krijgt, bijvoorbeeld tijdens het spelen. Het komt nogal eens voor dat dierenartsen botjes en naalden verwijderen, die in het vuur van de strijd naar binnen zijn gewerkt. Vooral honden die met stokken spelen, moeten dit wel eens bezuren. Achtergebleven splinters kunnen abcessen, ziekte en slikmoeilijkheden veroorzaken en ervoor zorgen dat het dier moet hoesten. Voor de eigenaar van de hond is vervolgens te zien hoe ter hoogte van het strottehoofd een verdikking ontstaat.

Het kan ook gebeuren dat de hond te snel eet of drinkt, waardoor hem iets in het verkeerde keelgat schiet (aspiratie). Met als gevolg dat het dier begint te hoesten. Voor de eigenaar die daar niet bij is geweest, kan het moeilijk zijn om de oorzaak te achterhalen. Het is een beetje afwachten hoe het "voorwerp" zich in het lichaam gedraagt.

Normaal gesproken rekent het afweersysteem of met de ongenode "gast" en moet er hooguit een antibioticum aan te pas komen om een opgelopen ontsteking te remmen. In de regel loopt een hond die zich tijdens het eten of drinken verslikt geen gevaar.

Veel gevaarlijker zijn gezwellen en tumoren. Die kunnen zich vastzetten aan het begin van de Iuchtwegen, maar ook op andere plaatsen voor veel irritatie zorgen. Een andere maar bijzonder vervelende kwaal is de zogenaamde verlamming aan de stembanden, die gepaard gaat met een plotseling optredende benauwdheid. De honden hoesten, raken in ademnood, de tong wordt blauw en ze moeten eigenlijk onmiddellijk worden geopereerd. Vreemd genoeg zijn het iets vaker de grote honden (zoals Bouviers) op leeftijd, die hier last van hebben. Een erfelijke kwestie. Een dergelijke ingreep is niet nodig bij kennelhoest, een virusinfectie die we meestal aantreffen bij de ingang van de luchtwegen. Honden die daar last van hebben, hoesten met grote kracht en hebben daarbij braakneigingen. Het is alsof er een veertje in hun keel kriebelt. Dierenartsen herkennen door het geluid deze patiënten vaak al in de wachtkamer. Kennelhoest is buitengewoon besmettelijk. Reden voor houders van kennels en dierenpensions om bij verblijf daar een inenting tegen kennelhoest verplicht te stellen. Gezegd moet worden dat een enting geen honderd procent garantie biedt, dat de hond geen kennelhoest krijgt. Dat heeft te maken met het ingewikkelde karakter van de ziekte.

Longen

Tot zover aandoeningen aan de voorste luchtwegen. Heel wat minder onschuldig zijn mankementen aan de diepere luchtwegen (lees; de longen). Hoewel longontsteking minder vaak voorkomt bij honden dan bij katten, is iedere dierenarts hier toch alert op. Ook hier geldt dat het dier moet hoesten, zij het minder krachtig. Wat er gebeurt, is dat de hond niet voldoende kracht achter 'de hoest' kan zetten. De oorzaak van een longontsteking kan verschillend zijn. Denk bijvoorbeeld aan een verwaarloosde infectie elders in het lichaam of aan een luchtweginfectie die uitbreidt naar de longen. Of aan een vreemd voorwerp dat diep naar binnen is gedrongen. Stukjes gras, gerst of andere grassoorten gaan makkelijker naar binnen dan weer naar buiten.

Een stuk moeilijker is dat bij gezwellen en tumoren die zijn uitgezaaid naar de longen. Tijdens het onderzoek blij meestal dat ook andere organen zijn aa1getast. Dat uitzaaiingen vaak juist de longen treffen, is niet toevallig. Tumorcellen die in de bloedbaan 'drijven' komen agtomatisch terecht in de longen, die als eerste zeef fungeren. Reden voor de dierenarts om de diagnose te stellen aan de hand van foto's. Als er uitzaaiingen zijn naar de longen, heeft opereren geen meer.

Vaak worden de longen overigens ook betrokken bij defecten aan het hart. Een hart dat zijn werk niet naar behoren doet en het bloed in een lager tempo rondpompt, schaadt de longen. We zien dan het zogenaamde 'vocht ach`ter de longen' ophopen. Dat ophopen van vocht noemen we oedeem. De eigenaar merkt dat de hond minder uithoudingsvermogen heeft en veel hoest. Her dier loopt niet meer voor zijn baas uit, maar sjokt achter hem aan. Vooral bij inspanning heeft de hond een donkere tot blauwachtige tong. De gestoorde ventilatie zorgt ervoor dat er minder zuurstof wordt opgenomen in de longen. Tegelijkertijd kunnen ook nieren en lever te lijden hebben van een harten/of longdefect.

Goede raad

Ook nu geldt: voorkomen is beter dan genezen. Daarom raden we eigenaren aan de kennelhoest-enting te laten geven aan hun hond en het dier op gewicht te houden. Vooral oudere honden bewegen minder, maar hebben de neiging om veel te blijven eten, waardoor ze dik worden. Pas daarom het eetpatroon aan. Liever lets te mager dan te vet. Te dikke honden zijn kwetsbaarder, minder in conditie en gevoeliger voor ontstekingen. Ze genezen langzamer als ze onder behandeling zijn. Wat de behandeling betreft, is het altijd te hopen dat een hoestende hond last heeft van een ontsteking. Die zijn betrekkelijk eenvoudig te genezen met een antibioticum. Bij gezwellen en tumoren ligt het allemaal een stuk moeilijker. In de voorste luchtwegen zijn ze soms operatief te verwijderen, maar in de longen is dit haast onmogelijk. Hartproblemen kunnen in veel gevallen redelijk onder controle worden gehouden met goede medicijnen. Gedacht wordt dan aan medicijnen die de hartspier versterken en aan middelen die ten doel hebben het vocht te verwijderen. Door de behandeling zal de conditie van de hond verbeterd zijn en zal hij minder last hebben van longproblemen.

Voor de dierenarts die een hoestende hond op het spreekuur krijgt, is het stellen van een diagnose zoals vaak een kwestie van wegstrepen. Na de inspectie in de bek en keelholte, volgt een verdere zoektocht naar een vreemd voorwerp. Is er sprake van een ontsteking? Heeft het dier koorts? Is er geen 'onschuldige' oorzaak dan volgt onderzoek naar hart en longen. Meestal met behulp van een ECG of een echo. Toch is het vaak het volume van 'de hoest' dat de dierenarts in een bepaalde richting stuurt. En altijd is hij huiverig voor het kuchje.

©Over Dieren; Bert Snelder