Home - Kynologie - De duitse herdershond - Slim of achterlijk? Een IQ-test voor de hond
De Amerikaanse auteur Stanley Coren heeft in zijn bestseller "De intelligentie van honden" een uitgebreide IQ-test opgenomen. De test is bedoeld om de adaptieve intelligentie te testen, ofwel de leervaardigheid en het probleemoplossend vermogen van honden. Twaalf testonderdelen moeten bepalen of de hond een echte 'wizzkid' of een enorme sukkel is.
Er zijn twee voorwaarden voor deze IQ-test: de hond moet tenminste een jaar oud zijn en tenminste drie maanden met de tester onder een dak wonen. De testonderdelen zijn:
De hond kan voor de complete test minimaal 7 punten (steeds met minimum van 0 of 1 punt) en maximaal 60 punten (twaalf keer de volle 5 punten) halen. Een hond die 54 punten of meer haalt is volgens Coren "geweldig intelligent" Honden met een score tussen de 42 en 47 scoren ook nog bovenmatig wat betreft slimheid, een puntenaantal tussen de 30 en 41 is gemiddeld. Honden met minder dan 18 punten, ofwel honden die rustig met een badlaken over hun kop blijven staan en die het geheel ontgaat dat er ergens een lekker hapje ligt, zijn volgens Coren "duidelijk achterlijk" als het om adaptieve intelligentie gaat.
De rassen die bij deze IQ-test van Co-ren qua leervaardigheid en probleemoplossend vermogen het hoogst scoren zijn (heel verrassend, op z'n minst verfrissend!) de Dobermann, de Duitse Herder, de Eland-hond, de Poedel, de Puli en de Sheltie. Nieuwsgierig geworden en de eigen hond willen testen? De complete test staat in "De intelligentie van honden" van Stanley Coren (1994, ISBN 90-5018-265-8). Voor de liefhebbers is er ook nog "caninestein - unleashing the genius in your dog"; een luchtig boekje (1997, ISBN 0-06-273485-7) van Betty Fisher en Suzanne Delzio uit Amerika met daarin een vooral humoristische IQ-test. Verder tips voor het samenleven met een hondse Einstein of juist een viervoetige dummie en veel spelletjes en activiteiten om het IQ van de hond te prikkelen. Want de meeste honden in Amerika laten volgens dit boekje hun hersencellen niet tot hun recht komen, en dat geldt ongetwijfeld ook voor hun Nederlandse collega's.
In "Caninestein" staan handige tips om honden bezig te houden die veel alleen moeten zijn.
Stop wat speeltjes, snoepjes en kauwmateriaal in een goed afgesloten papieren zak of kartonnen doos en laat de hond daarmee achter. De hond kan als tijdverdrijf de zak of doos openmaken en vervolgens spelen, eten en kauwen. Of verstop (bijvoorbeeld om de dag) snoepjes in het vertrek waarin de hond achterblijft. Of vul mergpijpjes of speeltjes (zoals de Kong) met worst of kaas.
Zorg dat de hond hoog kan liggen, bijvoorbeeld op het dak van zijn kennel. Volgens een onderzoek brengen honden die een hoger gelegen plek in hun verblijf tot hun beschikking hebben 54 procent van hun tijd op die plek door. Of plaats hindernissen in het verblijf, zoals een tunnel of hoogtesprongen, waar honden overheen moeten springen als ze langs de afrastering rennen.
©Los Vast, Judith Lissenberg.