Een zout is een chemische verbinding bestaande uit positieve ionen (kationen) en negatieve ionen (anionen), die door de elektrostatische aantrekkingskrachten met elkaar zijn verbonden. Een zout is in vaste aggregatietoestand een kristallijne stof waarin de positieve en negatieve ionen in een kristalrooster zijn gerangschikt. In het gewone spraakgebruik wordt met zout meestal keukenzout (natriumchloride of NaCl) bedoeld.
De positieve ionen zijn meestal een metaal, maar kunnen ook een verbinding zijn die postieve ionen kan leveren zoals ammoniak.
De negatieve ionen zijn de zuurrestionen welke meestal een oxide zijn maar ook de halogenen en zwavel of zelfs de cyanide (KCN). Ook vetzuren leveren ionen die tot een zout gevormd kunnen worden.
Enkele bekende zouten zijn:
NaCl | Natriumchloride | keukenzout |
NH4Cl | Ammoniumcloride | salmiak |
Na2CO3 | Natriumcarbonaat | soda |
NaHCO3 | Natriumwatersfofcarbonaat | bakpoeder |
NH4NO3 | Ammoniunnitraat | kunstmest |
KCN | Kaliumcyanide | cyaankali |
MgSO4 | Magnesiumsulfaat | bitterzout |
Zeezout is niet zoals de naam doet vermoeden een zout, maar een mengsel van verschillende zouten die in zeewater voorkomen.
Mengen we een oplossing van 2 zouten of een zuur en base, dan kan er een zout neerslaan terwijl de andere in oplossing blijft.
NH4+ | Na+ | K+ | Ca2+ | Ba2+ | Mg2+ | Sr2+ | Pb2+ | Ag+ | Hg+ | Hg2+ | Mg2+ | Overige metaal ionen | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
SO42- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||||||||
SO32- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||
CO32- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||
PO43- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||
SiO44- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||
NO3- | |||||||||||||
F- | ↓↓ | ↓↓ | |||||||||||
Cl- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ||||||||||
Br- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ||||||||||
I- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | |||||||||
S2- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ||||||||
OH- | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ | ↓↓ |
PbCl2 is in kookend water goed oplosbaar.
De verdringingsreeks der metalen is de reactie volgorde waarbij onder andere tijdens oxidatie (verbranding) van (alkali)metalen de zuurstofgroep (oxides) een voorkeur heeft voor andere, meestal edelere, metalen.
K, Ba, Ca, Na, Mg, Al, Mn, Zn, Cr, Fe, Ni, Sn, Pb, H, Cu, Hg, Ag, Pt, Au