Rob's web

Angstagressie

Home - Kynologie - De duitse herdershond - Angstagressie


Vaak hoor ik de vraag: "Wat is angstagressie nu eigenlijk en wat is het verschil met gewone agressie."

Om dat te herkennen moet je wel iets van hondengedrag afweten, maar echt moelijk is het niet. We gaan weer even terug naar de basis van het gedrag. Een hond heeft van zijn voorouders, de wolven, vrijwel alle gedrag onveranderd meegekregen. De basis is voor een hond dan ook heel simpel: hij wil overleven. Om te kunnen overleven moet je als hond bij een roedel horen, een groep soortgenoten dus. En in die groep heb je een plaats.

Die plaats moet je zien te verdedigen, want wanneer je als wolf, en ook als hond, verstoten wordt uit de roedel, ben je ten dode opgeschreven. Je gedraagt je dus volgens de regels en zolang wij als bazen maar consequent zijn, is er niets aan de hand.

Maar een hond in het Nederlands aanspreken is net zo iets als een lezing houden in het Nederlands in China: ze vinden het machtig interessant klinken, maar ze begrijpen er geen letter van. Of toch? Ja, een beetje begrijpen ze het wel, en niet omdat ze onze gesproken taal verstaan. Ze verstaan echter wel onze lichaamstaal. Zegt u nu niet: "Die heb ik niet", want die heeft iedereen. En honden verstaan die als de beste, want dat is precies de manier, waarop ze met elkaar communiceren.

Alleen zijn wij ons meestal niet echt bewust van die lichaamstaal. Een klein voorbeeld: baas loopt achter zijn hond aan, terwijl hij roept: "Fikkie, hier!". Maar Fikkie komt niet hier, hij loopt vrolijk voor de baas uit en de baas loopt daarachter aan, terwijl hij steeds bozer wordt. Wat zegt de baas nu eigenlijk tegen zijn hond? In hondentaal, lichaamstaal dus, is het heel duidelijk: "Jij loopt voorop en ik loop achter jou aan, is dat een leuk spelletje of niet? En aangezien jij voorop loopt ben jij nu even de baas."

U begrijpt al waar ik heen wil: u zult uw lichaamstaal wat bewuster moeten hanteren. Wanneer Fikkie bij de baas moet komen, moet die baas niet achter Fikkie gaan lopen. Nee, de baas blijft staan en wanneer Fikkie in een uitgelaten bui is, draait de baas zich om en loopt weg. En wat zegt hij daarmee? Precies! "Ik loop voorop en jij komt achter mij aan, want ik ben jouw baas in jouw roedel." De uitbundige beloning wanneer Fikkie dan bij de baas is, hoef ik niet meer te vermelden. Zoals uit bovenstaande moge blijken, kan er dus wel een en ander fout gaan met de communicatie tussen baas en hond. De hond, ik zei het al, wil ten koste van alles overleven. Wanneer hij in gevaar is, zal hij dan ook proberen te vluchten. Wanneer dit gevaar sterker is dan de hond is dat een logische reactie. Kan de hond niet vluchten, dan zal hij zich onderwerpen, Hij gooit zich op de rug of draait de kop (waarmee hij zijn hals toont) en draait zijn ogen weg. Veel bazen vinden dit er eng uitzien en roepen dan: "Hij kijkt zo eng." Maar voor de hond is het een gewone manier van onderwerpen. Ook dan kan .hij nog de lippen zo ver naar achteren trekken, dat de kiezen zichbaar worden, iets dat voor ons erg veel lijkt op het lip optrekken bij agressie. Maar een hond zal zich daarin nooit vergissen en het meteen herkennen als onderwerping.

Al deze dingen kan een hond vertonen, wanneer hij benaderd wordt door een dominante hond en hij niet weg kan, bijv. doordat hij aan de lijn zit of doordat de dieren zich in een afgesloten ruimte bevinden als bijv. een kamer of een tuin. Wanneer de dreiging ophoudt, is dit hele vertoon van onderworpenheid dan ook afgelopen. De hond zal door zijn lichaamshouding nog duidelijk aangeven, dat hij de lagere is door zijn oren in de nek te houden en zijn staart laag, maar verder is de rust wedergekeerd. Maar wat gebeurt er nu, wanneer de dreiging niet ophoudt?

De hond wil vluchten, maar kan niet, en onderwerping helpt ook al niet. Dan blijft er maar een ding over, want ten koste van alles wil het dier het vege lijf redden. Hij zal dan aanvallen. Dit is wat wij angstagressie noemen. Dat dit aanvallen uit angst gebeurt, is ook duidelijk zichtbaar. Want een hond, die aanvalt uit dominantie zal alle onderdelen, die hoog kunnen, zoals oren, staart en haren, zo hoog mogelijk op dragen. Maar een hond, die aanvalt uit angst, omdat hij geen kant meer op kan, doet dat niet.

Een hond die aanvalt uit angst toont dat ook duidelijk, hij heeft de oren in de nek en de staart tussen de poten, hij toont niet alleen de hoektanden, maar ook de kiezen en vaak zijn de ogen weggedraaid, zodat het oogwit zichtbaar is.

Nou, we weten dit allemaal. En nu? Hoe gaan wij er mee om en vooral, hoe kunnen wij dit voorkomen?Om te beginnen moeten wij een hond hebben, die zich goed kan onderwerpen. Dat betekent, u raadt het al, een hond die dit in zijn jeugd geleerd moet hebben. Gelukkig is dit voor de meeste honden geen probleem, ze leren het van hun zusjes en broertjes in het nest, gewoon tijdens het spelen. Ook de moeder helpt hier vaak aan mee, een reden waarom ik ervoor pleit de moeder tot ongeveer 8 weken bij de jongen te houden.

De beste opvoeder, wat betreft hondenmanieren, is nog altijd de moeder en die lessen geeft ze helemaal gratis. Laten we daar dus gebruik van maken. Goed, de hond kan zich onderwerpen. Maar wij moeten wel zorgen dat hij dat blijft kunnen, wij mogen dat best regelmatig oefenen. Leg hem dus maar uitgebreid op de rug tijdens bijv. het kammen en in de kam of borstel bijten vinden wij uiteraard niet goed.

Deze lessen zijn belangrijk, herhaal ze het hele leven lang van de hond. Ze hebben een 2-ledig nut: u bevestigt uw leiderschap en u leert de hond nog eens extra dat onderwerpen niet naar is.

Want dat is het tweede stukje, de hond mag op de rug liggen of een andere vorm nooit als naar ervaren, nee, onderwerpen is heel braaf en als hij dan heel rustig blijft liggen, vertellen wij hem ook dat hij braaf is. En daarna mag hij weer lopen.

Dat is het derde stukje. Want wat doen wij mensen wanneer wij heel boos zijn op iemand? Wij gaan vreselijk te keer. En ook wanneer die ander zegt dat het hem spijt, zijn wij soms zo boos, dat wij gewoon doorgaan met razen en tieren. Maar dat is mensentaal en iets wat geen enkele hond zal begrijpen. Wij mensen hebben dan ook de neiging om weg te gaan (vluchten), en zo ook de hond. Maar wanneer wij mensen ons verdedigen tegen andere mensen, begrijpen die anderen wat wij zeggen. Wanneer de hond zich verdedigt door zich te onderwerpen, verstaan wij het niet.

Een voorbeeld: Fikkie heeft voor uw ogen de biefstuk van het aanrecht gestolen. U bent woest, en terecht. U grijpt Fikkie in zijn nek en maakt hem tierend duidelijk, dat hij in zijn mand moet gaan liggen. Fikkie begrijpt dit uitstekend en gaat, zo klein als hij zich kan maken, in zijn mand. Maar de slager is al dicht en uw schoonouders komen eten. U bent dus heel erg vreselijk boos op Fikkie. Is ie nou helemaal! Dus u tiert verder tegen Fikkie, die al heel onderworpen ligt te zijn in zijn mandje. Hij drukt zich platter en platter tegen zijn dekentje, maar door de bodem zakken om helemaal te verdwijnen kan hij niet en uit zijn mand gaan en zich verstoppen voor uw woede is wel het laatste wat hij in zijn hersens haalt. Maar zijn instinct vertelt hem dat hij, hoe dan ook, iets moet doen om deze woede te stoppen. Dus wanneer u hem de vuist voor de snuit heen en weer schudt. doet Fikkie: hap. Wie is hier de schuldige? Niet Fikkie, want Fikkie heeft alles gedaan wat er in zijn macht lag om zijn baasje duidelijk te maken dat hij het heeft begrepen: hij is heel erg vreselijk stout geweest. Fikkie heeft dan ook geantwoord op de enige juiste manier: hij heeft zich zoveel onderworpen als hij maar kon. Toch hield de dreiging niet op en de dreiging moest ophouden, want dreiging is voor Fikkie bedreiging voor zijn voortbestaan. En ook al is het zijn eigen baasje, hij kon niet anders dan aanvallen, het enige wat hij nog kon doen. Alle andere mogelijkheden waren immers al uitgeput?

Een hond kan zich onderwerpen en niet meer dan dat. dus wanneer hij dat doet, is het klaar. U hoeft hem uiteraard in het bovenstaande geval niet te vertellen dat hij braaf is, wanneer hij zich onderwerpt. Maar doorgaan met straffen, wanneer de hond al zo plat als een dubbeltje in zijn mand ligt te beven is iets, waar geen hondenverstand bij kan. Gaat u dus maar even buiten tegen een boom schoppen, wanneer u nog steeds boos bent en misschien wel op uzelf, want de keukendeur stond open of misschien had u wel gewoon niet opgelet, was u even weg.

Fikkie uit het bovenstaande verhaal is een gezonde hond met een gezonde honger. Hij kon gewoon geen weerstand bieden aan de verleiding en wanneer de kans geboden wordt... Goed, wij weten nu waar wij het fout kunnen doen. Maar wat, wanneer een ander de fout maakt? En dan bedoel ik: een hond. Die grote van verderop, die bijv. boven op Fikkie ging staan toen ie 8 weken was. Daar is uw hond nog steeds bang voor. En nu komt u hem tegen en Fikkie zit aan de lijn en kan dus niet weg. Die grote hond vindt Fikkie echter nog steeds een leuk beest en zelf is hij ook wel in voor een lolletje. Hij is 3 keer zo groot als Fikkie en die vindt hem doodeng.

Laat het niet zover komen, dat uw hond venijnig gaat happen naar een andere hond, vraag even aan de baas of hij hem vast wil houden, tot u door bent gelopen. Want wanneer uw hondje regelmatig dit soort gedrag vertoont, kan dat gemakkelijk een gewoonte worden. Wanneer u uw hond altijd weghoudt bij andere honden, onder welk motto dan ook, leert uw hond, dat andere honden griezelig en bedreigend zijn. Honden zien geen verschil in grootte, ze kijken alleen naar wat die ander zegt met zijn lichaamstaal.

Wij zien dat heel anders, maar dat is echt onterecht. Laat uw hond dus liever los, zodat ze het even onderling kunnen uitzoeken. Wat wij dan als vechten zien, is lang niet zo ernstig als het lijkt. Meestal komen de gaten pas wanneer wij aan de honden lopen trekken.

Honden hebben een hoog ontwikkeld sociaal gedrag en dat moet ook wel, anders waren ze vele duizenden jaren geleden al uitgestorven. In de natuur loopt geen dierenarts rond om de gaten te dichten en dat is ook de reden van het feit, dat er haast nooit ernstige verwondingen ontstaan tijdens gevechten. Ze komen er met hun lichaamstaal wel uit.

Wanneer een hond aan de lijn zit is hij meestal veel dapperder dan wanneer hij los loopt. Ook dat is logisch. Want aan de lijn is het territorium, dat verdedigd moet worden, klein: van de hond tot de baas. Is hij los, dan is het een heel ander verhaal. Dan is dat territorium van hier tot waar je kunt kijken.

Een hond zal zich dan in het algemeen wel tweemaal bedenken voor hij aan het knokken slaat. En gebeurt het toch, dan is het vaak binnen enkele minuten of nog minder bekeken: de ene is de baas, de ander gaat op zijn rug. Daarna gaat de overwinnaar weg, nog steeds stoer lopend, en hier en daar plassend, wanneer het een reu is. Bij een volgende ontmoeting zullen ze nog precies weten wie de ander is en alleen door hun manier van lopen laten zien aan de ander wie ze zijn.

Mocht u een reu hebben, die een niet aflatende discussie heeft met een andere reu, dan is het simpelste de honden allebei even aan de lijn te houden, tot de ander uit het zicht is.

Mocht u een teef hebben, dan is het nog simpeler: teven vechten vrijwel nooit met elkaar en een reu en een teef al helemaal niet. Het is verbluffend te zien wat reuen allemaal pikken van teven.

En zo hoort het ook, want teven zijn voor de hond van levensbelang voor het overleven, dus die moet je heel laten.

Hebt u een hond die alle andere honden van de wereld eng en bedreigend vindt? Trianen baas, trainen! Want daarmee laat u duidelijk zien wie er de baas is, u dus. En dat maakt iedere hond een stuk zekerder. Gehoorzaamheidstraining werkt naar twee kanten. Een dominante hond zal minder snel vechten, wanneer hij duidelijk weet, dat u de baas bent, want de baas beslist immer of er gevochten wordt. Een onzekere hond zal een stuk zekerder worden, wanneer duidellijk is wie de baas is en zich daardoor minder snel in het nauw gedreven voelen.

Tot slot: iedere hond moet de kans hebben met andere honden te spelen en aangemoedigd worden in dit spel. Want spelen is sociaal gedrag en wie dat goed beheerst kan daar alleen maar beter van worden.

©De Fryske Housen; Marjolein Roosendaal