Rob's web

Spelend licht

Met onderdelenpakket NL 7330 kan een "lichtorgel" worden gebouwd dat reageert op de sterkte van een audiosignaal. In de afbeelding is het blokschema van dit lichtorgel weergegeven. De ingang wordt verbonden met een signaalleiding, bij voorbeeld de bandrecorderuitgang van een versterker of een radio. In de versterker van het lichtorgel wordt dit signaal versterkt en gesplitst in hoog, midden en laag. Er ontstaan dus drie signalen die respectievelijk alleen hoge tonen, lage tonen of tonen uit het middengebied bevatten. Elk van de drie signalen wordt afzonderlijk gelijkgericht en daarna versterkt tot een niveau dat hoog genoeg is om een klein gloeilampje te laten branden. De drie lampjes huppelen dus vrolijk mee met de sterkte van de tonen in het desbetreffende deel van het toongebied.

Elk lampje is samen met een lichtgevoelige weerstand (LDR) ondergebracht in een ondoorschijnend buisje. Ze vormen samen een zogeheten "fotokoppeling". De weerstand van de LDR verandert periodiek met de lichtsterkte van het lampje. Elk van de drie lampjes bestuurt op die manier een triacregelaar die op het net is aangesloten en die in staat is 220-volts gloeilampen tot een vermogen van 400 watt te regelen. De fotokoppelingen zorgen ervoor dat het laagspanningsdeel van het lichtorgel elektrisch volkomen gescheiden is van de netspanning voerende triacregelaars.

Het lichtorgel kan in totaal gloeilampen tot een vermogen van 1200 watt regelen, of bij =voorbeeld vijf spotjes van 75 watt per kanaal. Het effect is het leukst indien voor hoog, midden en laag lampen van verschillende kleur worden gebruikt, bij voorbeeld geel, rood en groen. Als u de lampen richt op een wit vlak, een muur of een plafond, ontstaan allerlei telkens wisselende mengkleuren.

De gevoeligheid van de drie frequentie-afhankelijke versterkers is instelbaar met behulp van ingebouwde instelpotentiometers. U kunt deze desgewenst vervangen door draaipotentiometers van de. zelfde waarde en die monteren op het voorpaneel van de kast. Dan kunt u de lichteffecten steeds aanpassen aan de aard van de muziek.

De versterkers van het orgel worden gevoed uit een ingebouwde netvoedingseenheid.

Het complete lichtorgel kan worden ondergebracht in een Montaflexkast type 2Z. Er blijft dan nog voldoende ruimte over voor eventuele regelpotentiometers en voor drie "stopcontacten" waarop de gloeilampen worden aangesloten. Het orgel moet in elk geval aanrakingsveilig worden ingebouwd want enkele delen van de schakeling voeren netspanning.

Aansluiting van het lichtorgel op de mengversterker

Het lichtorgel kan heel goed gecombineerd worden met de HiFi/stereo-mengversterkers die wij in Hobbyskoop nr. 10 beschreven hebben. Het signaal kan het best worden afgetapt na de mengeenheid NL 7309 omdat de lichtsterkte dan niet afhankelijk is van de stand van de volumeregelaar van de mengversterker en, als de mengversterker één toonregel-eenheid heeft, van de stand van de toonregelaars. Voor het lichtorgel is maar één signaal nodig. Om te voorkomen dat u in tweestrijd raakt van welk van beide kanalen u dit signaal het best kunt aftappen, kunt u het best beide uitgangen van de NL 7309 via weerstanden van 1 MΩ verbinden met aansluitpunt 1 van een DIN-chassisdeel. Op dat punt komen de beide weerstanden dus bij elkaar. De massa van de versterker uit het lichtorgel wordt via aansluitpunt 2 van het chassisdeel verbonden met de massa van de mengversterker.

Blokschema
Blokschema van het lichtorgel NL 7330.

Schema
Het schema van het lichtorgel.