Rob's web

Lineaire versterkers voor 144MHz

Française

De beschreven verstorker geeft een uitgangsvormogen van 80 watt voor een ingangsvermogen van 0,5 watt. De gebruikte transistoren behoren tot de PHILIPS BLY..-reeks en beantwoorden aan militaire normen. De fabrikant garandeert dat zij een SWR van 50/1 overleven!

De beschreven schakeling biedt volgende eigenschappen:

Fig 1

Fig 2

Fig 3

Fig 4

Fig 5

Fig 6

Afregelen

Om te beginnen moet het afregelen in klasse C gebeuren (zie "Voorzorgsmaatregelen").

Regel de eerste trap af met een wattmeter en een schijnantenne aangekoppeld op punt B. Voor het afregelen van de 2e trap moet er eerst in C gemeten worden en vervolgens gaat men dan tot punt E.

Brandt een kondensator door (HI), dan moet hij vervangen worden door een GR IZ (500 V) en/of moet men er twee met elk de helft van de waarde parallel schakelen.

SWR

Voor het afrcga!en van de SWR-beveiliging gebruikt men een λ/4 antenne, bestaande uiteen stuk koperdraad gemonteerd op een S0239. Door hot plooien van de radialen bekomt men alle waarden die nodig zijn om de 10 kohm weerstand "SWR protection" af te stellen.

Behuizing

Te bouwen rond een alu-basisplaat van 5 mm dikte.

Gebruik warmtegeleidende pasta bij het monteren van de koelplaten. In de basisplaat worden de nodige gaten geboord en van schroefdraad voorzien zodat de koelplaten er met bouton kunnen op bevestigd worden.

Laat het soldeerijzer opwarmen en hou het blustoestel maar bij de hand!

Fig 7

Fig 8

Fig 9

Voorzorgsmaatregelen

Of "wat men moet weten" voor men met het bouwen van transistorversterkers begint.

1. Zie de bekabeling na.

2. Transistoren moeten voorzien zijn van hun koelplaten voordat ze onder spanning gezet worden.

3. De door de fabrikant voorziene ontkoppelings- en smoorkringen moeten aangebracht worden (zie namelijk het toepassingsschema).

4. Eerst moet de afregeling in klasse C FM gebeuren, met een smoorspoel VK200 tussen de basis en de massa (dus zonder polarisatie).

5. Bij de eerste ruwe afregeling moet een lage voedingsspanning gebruikt worden en een klein "input"-signaal. Nadien mogen de spanning en het ingangsvermogen geleidelijk opgevoerd worden. Een beveiligde voeding met een regeling voor de maximumstroom zal goede diensten bewijzen.

6. Eerbiedig de door de fabrikant opgegeven vermogens- en spanningsgrenzen.

7. Bij het afregelen komt het erop aan zoveel mogelijk vermogen aan de uitgang te bekomen (en niet zoveel mogelijk rook!).

8. Let op het rendement voor de nominale spanning en het nominaal ingangsvermogen. Het rendement is de verhouding tussen het HF-vermogen en dat van de voeding (U x I).

Kijk na of deze waarde overeenstemt met deze die opgegeven is door de fabrikant; doorgaans ligt deze waarde rond de 55 %.

9. Voor SSB moet U de polarisatie van de transistor zo instellen dat hij in klasse AB werkt.

De diode wordt tegen de behuizing van de transistor gemonteerd en zit ingegoten in de koelpasta.

Het vermogen van het lampje moet iets kleiner zijn dan het maximumvermogen van de transistor. Kies do waarde van R opdat de collectorstroom (A) 5 à 10 % van de maximum collectorstroom zou zijn (in rusttoestand, zonder HF).

Zonder gebruik te maken van een lampje: is de waarde van R te klein, dan slaat de temperatuur op hol en dat betekent het einde voor de transistor.

Met lampje: in koude toestand is de weerstand van het lampje 1 of 2 ohm; bij het opwarmen stijgt de weerstand aanzienlijk, zodat het lampje geen invloed heeft bij het afregelen. Loopt er lets mis dan zal de HF-transistor als een elektronische schakelaarwerken en komt de spanning over de klemmen van het lampje te staan; het lampje gaat branden, maar de transistor komt niet in gevaar. Na het afregelen kan men het lampje wegnemen.

10. Voor de vermogenversterkers (meer dan 50 W) moet er een SWR-beveiliging voorzien worden die de PA in geval van nood uitschakelt, alsmede een temperatuursbeveiliging die een ventilator inschakelt.

11. Na het plaatsen van een systeem voor de omschakeling zenden/ontvangen moeten de ingangs- en uitgangstrappen weer afgeregeld worden.

12. Voorzie een degelijke filter na de eindtrap.

13. De kwaliteit van de modulatie bij het zenden moet nagegaan worden. Kijk ook eens na of U geen RFI of TVI veroorzaakt.

14. In 98 % van de gevallen waarbij een transistor de geest laat "bij het monteren" is dit aan de klassieke oorzaken te wijten:

  1. regelen van de polarisatie in klasse AB zonder beveiliging, zonder zekeringen of lampje in serie;
  2. HF-vermogen aan de ingang dat hoger ligt dan wat door de fabrikant voorzien word.

MOTOROLA transistoren verdragen een SWR van 20, voor wat de kommerciale versie betreft, en van 30 in de militaire versie.

De PHILIPS transistoren verdragen een SWR van 50. Bij THOMPSON mag de SWR oneindig zijn, en bij TOSHIBA mag hij 30 bedragen.

Ik hoop dat deze raadgevingen U zullen toelaten wat geld te besparen.

ON4BE, Luc Devillers