Benodigdheden voor 6-8 personen

• 800 g runderlappen
• 160 g boter
• 4 eetlepels geurige azijn
• 2 kruidnagels
• 2 kleine laurierblaadjes
• peper
• zout
• 2 gesnipperde uien
• 6-8 middelgrote in plakjes gesneden wortel
• 500 ml vleesbouillon van 1 tablet
• 4 eetlepels uitjes uit 't zuur
• 3 eetlepels droge rode wijn
• 3 eetlepels gehakte peterselie

Tip van de kok

• Vervang de worteltjes door 400 g winterpeen.
• Bedenk dat op deze wijze bereid rundvlees 1 of 2 dagen na bereiding nog beter van smaak is.

Bereidingswijze

1. Smelt 80 g boter in de braadpan en laat die heet worden.
2. Bak de runderlappen aan alle kanten snel bruin.
3. Giet er langzaam zoveel kokend water bij dat het vlees juist onder staat.
4. Breng het water opnieuw aan de kook en voeg azijn, kruidnagels, laurierblaadjes, ½ theelepel peper en naar smaak zout toe.
5. Zet het deksel op een kiertje op de pan, zodat daaruit, op een getemperde warmtebron, in 30-45 minuten al het toegevoegde water weer verdampt.
6. Keer gedurende die tijd het vlees af en toe.
7. Voeg de uien toe en laat die glazig worden.
8. Doe de plakjes wortel bij het vlees in de pan.
9. Verwarm 80 g boter in de steelpan tot het schuim begint weg te trekken.
10. Voeg de bloem toe en roer tot de boter en de bloem kastanjekleurig geworden zijn.
11. Neem de pan van het fornuis.
12. Schenk de bouillon al roerend bij de gebruinde bloem en maak er een gladde saus van en schep die met de uitjes en wijn bij de runderlappen.
13. Schep alles goed door.
14. Temper de warmtebron zodra de saus kookt en laat het vlees in de nu goed gesloten pan 2 uur of langer stoven tot het gaar is.
15. Vul in die tijd de saus eventueel met weinig warm water aan.
16. Verwijder de laurier en kruidnagels.
17. Proef de saus en voeg daaraan naar smaak peper en zout toe.
18. Serveer het gerecht op een voorverwarmde schotel in de saus en bestrooid met peterselie.