Welke draden zouden we wel of niet moeten schakelen? Welke mogen wel of niet beveiligd worden?
Aarddraden mogen nooit geschakeld worden. Indien een groep uitgeschakeld wordt blijft de aarde werken.
De doorsnede van de aardleidingen dient zodanig te zijn dat deze gelijk of groter is dan de doorsnede van de faseleiding(en).
In TN-C-S gevoede installaties is in bepaalde gevallen nodig deze ook af te schakelen. Dit is het geval indien er buiten objecten zoals EV-laders vanuit het net gevoedt worden. Bij een PEN-breuk zal de aardleiding spanning voeren en dan moet de aarde ook afgeschakeld worden om gevaarlijke situaties te voorkomen.
Bij stekkers is het zo dat bij het insteken eerst de aardverbinding gemaakt wordt en dan de fase en nul. Bij het uitnemen van de stekker worden eerste de fase en nul verbroken en dan de aarde.
NEN 1010:2007 + C1:2008 536.1.2: In TN-C-stelsels en in het TN-C-deel van een TN-C-S-stelsel mag de PEN-leiding niet worden geschakeld of gescheiden.
Een pen-draad (TN-C) mag nooit geschakeld worden omdat deze tevens als aarde werkt. Er zal dus ook nooit een zekering in deze leiding geplaatst mogen worden.
Het is veel landen ongebruikelijk om de nuldraad te schakelen. Deze praktijk kan zeer gevaarlijke situaties opleveren als een nul breuk ontstaat in de voedende kabels naar de woning of bedrijf. In de groepenkast zit dan ook een of meer nul-bussen.
NEN 1010:2007 + C1:2008 536.1.2: In installaties voor ruimten met een woonfunctie, een celfunctie of een logifunctie of in woonschepen moet de nul kunnen worden geschakeld en gescheiden.
Om veilig aan een uitgeschakelde groep te kunnen werken dient ook de nul afgschakeld te worden. Bij gebruik van zekeringen is de groepschakelaar dubbelpolig. Automaten zijn ook dubbelpolig.
De nul mag alleen geschakeld worden als ook de fase(n) geschakeld worden.
Bij automaten wordt alleen de fase beveiligd en de nul alleen mee geschakeld. Dit omdat de nuldraad dezelfde doorsnede heeft als de fasedraad is beveiliging niet nodig omdat de fase beveiligd is.
Als er zekeringen in de fase leidingen zitten mag de nulleider niet gezekerd worden. Dit geld ook als de hoofdzekeringen als enkel polige automaten zijn uitgevoerd. De enige uitzondering is als een 1 fase groep de laatse in de keten is dan mag ook de nul gezekerd worden indien nodig.
Fase draden moeten altijd geschakeld worden.
Bij automaten en aardlekschakelaars dient ook de nul gelijk geschakeld te worden.
Na de groepautomaat kan de fase enkel polig geschakeld worden. Verlichting wordt normaal enkelpolig geschakeld.
In veel gebruikers met mechanische netschakelaars is deze meestal dubbelpolig uitgevoerd. Randaarde stopcontacten zijn niet gepolariseerd.
Bij het schakelen in drie fase circuits dienen alle drie de fasen gelijktijdig geschakeld te worden inclusief de nul als deze in de groep gebruikt wordt.
Regelkasten hebben een 2 of 4 polige hoofdschakelaar. Met deze kunnen we de bedrading van het net isoleren en eraan werken.
Ook hier is de aarde vast aangesloten.
We schakelen het systeem bijvoorkeur stroomloos aan.
Uitgaande dat alle automaten, als' en hoofdschakelaar in de uitpositie staan en alle grote apparaten in de uitpositie staan:
U kunt als de boel blijft werken weer servers e.d. opstarten.
Om de schakelcontacten te sparen schakelen we het liefst stroomloos.
Indien we aan de groepenkast willen werken dient de gehele installatie spanningsvrij gemaakt te worden:
Voor gebruik bij noodstroom passen we andere procedure toe. We kunnen in noodstroombedrijf enkele groepen uitlaten.